46. MATROSENLIED
(tekst/muziek ???)
Auf, Matrosen die Anker gelichtet !
Segel gespant und Kompass gerichtet !
Liebchen ade !
Scheiden tut weh,
Morgen da geht's in die wogende See,
Morgen da geht's in die wogende See !
Dort drausen auf tobenden Wellen
schwankende Schiff' an Klippen zerschellen;
in Sturm und Schnee
wird mir so weh,
das ich auf immer von Liebchen geh,
das ich auf immer von Liebchen geh !
Einen Kus noch von rosigen Lippen,
und ich fürchte nicht Sturm noch Klippen !
Brause, du See !
Sturm-wind du weh !
wenn ich mein Liebchen nur wieder seh,
wenn ich mein Liebchen nur wieder seh !
Doch seh ich die Heimat nicht wieder,
und reisen die Fluten mich nieder
tief in die See !
Liebchen ade !
Wenn ich dich droben nur wieder seh,
Wenn ich dich droben nur wieder seh !
|
47. WAT LIJDT
DEN ZEEMAN AL VERDRIET
(traditional)
Wat lijdt den zeeman al verdriet
bij dage en bij nacht,
Als hij de dood voor ogen ziet
en niet ontvluchten mag.
Want menig bootgezel,
hij moet zijn leven wagen
Al op de zee rebel
bij nachten en bij dagen
Al zij ook op een lager wal
door stormen drijven voort.
Zij kappen dan de mast al
en werpen ze overboord.
Want menig…
En als hij komt te lande zijn
zo is zijn eerste werk.
Te drinken bier en brandewijn
gaan weinig naar de kerk.
Want menig…
En als zij krijgen geld in d'hand
zo is het haast verteerd.
Zij kopen daarom land noch zand
het gaat steeds naar de weerd.
Want menig…
Toen men dit nieuw lied eerstmaals vond
voeren wij over de zee.
Van Oost-Indien naar 't vaderland
naar Middelburg, de stee.
Want menig...
|
48.NACHT OP ZEE
(tekst/muziek Vincent de Lange)
We voeren op volle zee
't ging voor de wind, 't zat ons mee
We maakten kracht van zeil
en klaarden ‘t dek in allerijl
Toen viel de nacht
en in het donker kwam de storm
Nacht op zee,nacht zonder maan,
golven die breken, de wind zwelt aan.
Storm op zee, bakstagen springen
de duivel gaat zingen, de dood vaart mee.
Golven sloegen over de rand
Het schip begon te deinen
Mannen klommen in ‘t want
voor het reven van de zeilen
De schipper aan 't roer: vloekte, schreeuwde, tierde
brulde bevelen, want het einde leek nabij.
Nacht op zee…
We tolden over de zee
daar in die storm, daar in die nacht
De Noordzee sleurd’ ons mee
wie hoorde onze jammerklacht?
Mannen sloegen een kruis, vloekten op hun maten
dachten aan thuis, waren van God verlaten.
Nacht op zee…
Plots nam de wind iets af,
de zon kwam op een nieuwe dag.
We rouwden om een maat,
dit wonder kwam voor hem te laat.
Redde ons God de zee heeft ook genomen
hoe wreed is dit lot hoe hieraan te ontkomen.
Nacht op zee…(2x)
|
49. ALS 'T STORMT
(tekst/muziek Ramses Shaffy)
Als 't stormt rond je schip ga mee, ga mee
met de storm, die je voert naar een wilde zee
want de macht is te groot
en te klein is jouw boot
en de tijd zal 't getij weer keren
Als het stormt in je hoofd ga mee, ga
mee
met de storm die je voert naar een and're ree
en verzet je maar niet
tegen 't verdriet
want de tijd zal 't getij weer keren
Want de klip gaat niet opzij
en de wind gaat niet opzij
je schip maakt haast slagzij
want de storm kan niet voorbij
het geweld, het gevaar
en de angst die hoort erbij
je hulpkreet hoort erbij
maak de zeilen nu maar vrij
Als 't stormt in je hart ga mee, ga mee
met de storm, die je voert naar een wilde zee
zet het anker niet uit
red niet je huid
want de tijd zal 't getij weer keren
|
50. WHISKEY IN
THE JAR
(traditional)
As I was going over the far famed Kerry mountains,
I met with captain Farell and his money he was counting,
I first produced my pistol and I then produced my rapier
Saying stand and deliver, for you are the bold deceiver.
Musha ring dum-a-do dum-a-da
Whack fol the daddy-o
Whack fol the daddy-o
There's whiskey in the jar.
I counted out his money and it made a
pretty penny,
I put it in my pocket and I took it home to Jenny,
She sighed and she swore that she never would deceive me,
But the devil take the women for they never can be easy.
Musha....
I went into my chamber all for take a
slumber,
I dreamt of gold and jewels and for sure it was no wonder,
But Jenny drew me charges and she filled them up with water,
Then sent for captain Farell to be ready for the slaughter.
Musha....
It was early in the morning just before
I rose to travel,
Up comes a band of footmen and likewise captain Farell,
I first produced my pistol for she'd stolen away my rapier,
But I couldn't shoot the water so a prisoner I was taken.
Musha....
There's some take delight in the carriages
are rollin',
And others take delight in the hurlin' and the bowlin',
But I take delight in the juice of the barley,
And courtin' pretty fair maids in the morning bright and early.
Musha....
If anyone can aid me it's my brother
in the army,
If I can find his station in Cork or in Killarney,
And if he'll go with me we'll go roving in Kilkenny,
And I'm sure he'll treat me better than my own disporting Jenny.
Musha....
|
51. VROEGER
(tekst Slauerhoff, muziek Jan Petri)
Vroeger..... toen ik woonde,
diep, diep in het land
vrat mij onstilbaar wee,
zoals de gier de lever
En ik wist, geen streek geeft mij bestand
en ik zocht het, en ik zocht het
ver op zee, ver op zee
En nu ik ......ver gevaren heb,
en lag op de oceaan alleen
waar zelfs d'Ancunha en St. Heleen
niet breken door de kimmen heen
Voel ik het trekken, trekken als een eb
naar het verre, vaste bruine,
bruine land, bruine land.
Nu weet ik ..... nergens vind ik vree
op aarde niet, en niet op zee
pas aan die laatste stille ree,
pas aan die laatste stille ree
van hout in zand,
van hout in zand
|
52. INKT IN ONS
VLEES
(tekst/muziek Jef Hofmeister)
Kapitein, kapitein, hoe ver hebben wij niet gereisd.
Kapitein, kapitein, heb ik steeds niet gedaan wat u zei
Nooit week ik van uw zij
Van kusten naar kaaien, van vrouwen
naar haaien
De winden die draaien de koers van ons hart
Van windstreek naar haven, van kroegen naar hoeren
Wier namen wij dragen, met inkt in ons vlees
Is er ooit een schipper sneller geweest?
Kapitein, kapitein, nu ik u in de ogen
kijk
Zie ik een blik die ik niet ken
Hoor ik woorden die ik niet begrijp
Woorden die ik niet begrijp
Zo gaan we zeker, zeker ten onder
Hoop op een wonder, hopen op God
Tart niet het noodlot, nu wij nog leven
De zee heeft gegeven, zorg dat zij niet neemt
Was er ooit een schipper zo vreemd?
Kapitein, kapitein, toe laat ons niet
vergaan
Kapitein, kapitein, laat de zeilen niet staan
Ik wil leven en verder gaan
Van kusten…
|
53. HET SCHIP
(tekst/muziek Wannes Van de Velde)
Er drijft een schip rustig voorbij
een schip van hout en ijzer
gedoopt met wijn en champagne
door koningin of keizer
het schip is oud, zijn eerste reis
die is allang vergeten
alleen de sterren die er staan
die kunnen dat nog weten
Nu ligt het stil onder de maan
gevangen in de baren
er is maar een lantaren aan,de rederij moet sparen
maar door het schijnsel van een ster
wordt het zo overgoten
dat alles masten en de schouw
vol zilver zijn gespoten
Er komt een morgen in de lucht
en vloeken alle meeuwen
dan laat het schip zijn kleuren zien
en de matrozen geeuwen
ze blazen de lantaren uit, en alle sterren pinken
naar die verroeste cargoboot
die nooit heeft willen zinken
De hele dag trekt zijn boeg
een witte weg in ‘t water
gelijk een grote botte ploeg
en zoveel tijd vergaat er
totdat ‘t ineens weer donker wordt
en dat de sterren pinken
naar d’íjzeren verdoemenis
die nooit heeft willen zinken
|
54. SHORES OF
AMERIKAY
(traditional)
I'm bidding farewell to the land of my youth,
and the homes I loved so well
And the mountains so grand round my own native land,
I'm bidding them all farewell
With an aching heart I'll bid them adieu,
for tomorrow I'll sail far away
O'er the raging foam for to seak a home
on the shores of Amerikay.
It's not for the want of employement
I'm going,
It's not for the love of fame
That fortune bright may shine over me,
And give me a glorious name
It's not for the want of employement I'm going,
O'er the weary and stormy sea
But to seek a home for my own true love,
On the shores of Amerikay.
And when I'm bidding my last farewell,
The tears like rain will blind
To think of my friends in my own native land,
And the home I'm leaving behind
But if I'm to die on a foreign land,
And be buried so far away
No fond mother's tears will be shed on my grave,
On the shores of Amerikay.
55. FOUR GREEN
FIELDS
What did I have, said the fine old woman,
What did I have, this proud old woman did say
I had four green fields...each one was a jewel,
But strangers came, and tried to take them from me
But my fine strong sons , they fought to save my jewels,
They fought and they died, and that was my grief said she
Long time ago, said the fine old woman,
Long time ago, this proud old woman did say
There was war and death , plundering and pillage
My children starved by mountain, valley and stream
And their wailing cries, they reach the very heavens
And my four green fields ran red with their blood said she.
What have I now, said the fine old woman,
What have I now, this proud old woman did say
I have four green fields, one of them’s in bondage
In strangers’s hands that tried to take it from me
But my sons have sons, as brave as were their fathers
And my four green fields will bloom once again said she
|
56. MR. ENEOS
(The Cold South Georgia Ground)
Clew up your royals and topsails,
Haul your headsails down,
For you'll never see the whale no more,
Or the cold South Georgia Ground.
(It was) March twenty-ninth, nineteen
and ten,
The little brig Daisy did sail;
The morning was clear and the sea was down,
And we raised a great pod of whale.
The captain had three of the boats lowered down,
And in them the mates they did go:
There was Mister Dalomba and Mister Alves,
And Mister Eneos also.
Clew up…
(Now,) the whales did rise a mile from
the ship,
And the other two mates made their kill,
But Mister Eneos was caught in the pod
Where the whales were lying still.
Mister Eneos stood still in the bow
And he had his lance in his hand,
But the whale he had harpooned would not break away
And would neither sound or run.
It struck at the boat and lifted
her high,
The man fell out over the stern;
And we saw the flukes come crashing down,
where mister Eneos had been.
Clew up…
The captain had the stern boat lowered away,
and we searched where the wales did sound;
Five man we gathered from out of the sea,
but mister Eneos was gone.
Clew up…
|
57. COLLI DELLA
LUNA (van Spaendonck/de Lange)
Questo vino, biondo paglia
Colle stelle di fortuna
È raccolto dagli Dei
Lungo i colli della luna.
Quello vino, rosso amaro
Una fonte di manie
Mi riempe, quando bevo
Di oscure fantasie
Vedi i colli della luna
Nel loro bianco splendore?
Ombre lontana d'un amore
Come quaggi'u non c’è nessuno
C'è quest'ora - c'è quell'ora
Non c'è soltanto una faccia
Della vita
Bianca o nera
Falce o piena...
|
58. BLUES VOOR
SLAUERHOFF
(tekst Slauerhoff, muziek Jeroen Zijlstra)
Wat is een haven
Een kruis op een zeekaart gekrast
Ik zoek een haven
In ‘t kraaiennest hoog in de mast
Ooit komt een haven, mijn haven in zicht
Ik volg de bakens, en ‘t vuurtorenlicht
Ooit, ooit, ooit, ooit
Ik volg de bakens en het vuurtorenlicht.
Waar Iigt de haven
Ik zoek kust voor kust naar mijn plek
Waar is de haven
De heimwee die maakt me haast gek
Ver blijft de haven en ver blijft mijn huis
‘k vaar met de sterren, wanneer kom ik thuis
Ooit, ooit, ooit, ooit
Ik vraag de sterren: "Wanneer kom ik thuis?"
Wie is mijn haven,
Wie roept er mijn naam in de wind
Wie is mijn haven
Een vrouw bij de zee of een vriend
Die als ik aankom, bij storm en bij nacht
Straalt als een baken en mij heeft verwacht
Ooit, ooit, ooit, ooit
Ooit komt de haven mijn haven in zicht
Ik blijf je schrijven
…Einde bericht
|
59. ZEILEND NAAR
AMSTERDAM
(tekst/muziek Jan de Winter)
Water en wind, het schip is mijn huis.
Water en wind, het schip is mijn huis.
Waar ik ter wereld ook voer,
geen rak waar ik meer naar verlang.
Vele uren aan 'roer gestaan,
daar komt nu een einde aan.
Zeilend naar groot Amsterdam.
'T eind van de tocht is in zicht.
Het gevoel dat me steeds over kwam,
Deze uren gaan veel te traag,
halen wij die stad vandaag?
Heimwee naar mijn Amsterdam.
Water en wind…
'T wordt weer onrustig aan dek,
zie de horizon waarvan ik kwam.
Weer verlost van de koude nacht
en de lange hondewacht.
Thuisvaart op ons Amsterdam.
De pieren, die zijn we al door.
De spanning stijgt, de handen zijn klam.
Snel beleggen de zware tros,
kunnen we dan eind'lijk los.
Gelukkig in ons Amsterdam
Water en wind, het schip is mijn huis.
Water en wind, maar hier ben ik thuis
|
60. ZE ZONG VAN
DE ZEE
(tekst/muziek ???)
Ze zong van de zon
Ze zong van de zee
Ze zong van de liefde
En ieder zong mee
In een café aan de haven
Waar zeelieden zich laven
Aan het gerstenat
Tot ze ladderzat
Terugzwalken naar hun kooi,
Daar zat een meisje mooi
Speelde op d'accordeon
Alles wat ze verzon
Ze zong van de zon…(2x)
In dit fijne café
Deed een zeeman zijn entree
Hij was niet fors en blond
Zwart en heel gezond
Het meisje dacht o jé
O jee... die neem ik mee
Zij sprak hem aan heel zacht
't werd liefde in de nacht
(2x) Jij bent nu mijn zon
Jij bent nu mijn zee
Jij bent nu mijn liefde
Ga met me mee
Haar liefdeslust werd in rust
Hartstocht' lijk uitgeblust
Zo raakte zij verblind
Nu kan zij weer zien
Maar ziet haar liefde niet
En wel haar slapend' kind
Op d'accordeon klinkt
Haar droevig lied, 't waait weg met de wind
(2x) Waar is nu de zon
Waar is nu de zee
Waar is nu mijn liefste
Ik wil met hem mee...
| |